Kaderbrief Plus 2024
2/27
Zaaknr. 2023-Z2339 / Doc.nr. WLDOC-220622665-25979
Kaderbrief Plus 2024 Waterschap Limburg
titel
Kaderbrief Plus 2024
subtitel
datum 6 september 2023
versie 1.0
status Definitief
zaaknr. 2023-Z2339
documentnr. WLDOC-220622665-25979
Bezoekadres
Maria Theresialaan 99
6043 CX Roermond
Postadres
Postbus 2207
6040 CC Roermond
IBAN: NL10NWAB0636750906
KvK: 67682065
088 88 90 100
info@waterschaplimburg.nl
www.waterschaplimburg.nl
vrijgave Dit document is tot stand gekomen onder verantwoordelijkheid van en in samenwerking met:
naam functie
Smolenaers Adviseur sturing, beheersing en
verantwoording
3/27
Zaaknr. 2023-Z2339 / Doc.nr. WLDOC-220622665-25979
Kaderbrief Plus 2024 Waterschap Limburg
Dit document is vrijgegeven door Smolenaers
4/27
Zaaknr. 2023-Z2339 / Doc.nr. WLDOC-220622665-25979
Kaderbrief Plus 2024 Waterschap Limburg
Inhoudsopgave
1 Inleiding 5
2 Uitgangspunten en kaders 6
3 Autonome ontwikkelingen 7
3.1 Algemeen 7
3.2 Autonome ontwikkelingen Watersysteemtaak 7
3.3 Autonome ontwikkelingen Zuiveringstaak 7
4 Basis op orde/urgente verbetermaatregelen 9
4.1 Algemeen 9
4.2 Hoogwaterbescherming Maasvallei 9
4.3 Klimaatadaptatie 10
4.4 Waterkwaliteit en ecologie 12
4.5 Zuiveren en waterketen 13
4.5.1 Algemeen 13
4.5.2 1e Begrotingswijziging 2024 WBL en herzien investeringskader 2024-2033 14
4.6 Crisisbeheersing 15
4.7 Bestuur en organisatie 16
5 Vast voor inhuur 19
6 WRL en NPLG 20
7 Financiële opgave in meerjarig perspectief 21
8 Risico’s en kanttekeningen 22
9 Doorkijk vervolgproces 22
10 Resumerend 23
Bijlage 1: Technische uitgangspunten begroting 2024 - 2029 24
Interne factoren 24
Externe factoren 26
5/27
Zaaknr. 2023-Z2339 / Doc.nr. WLDOC-220622665-25979
Kaderbrief Plus 2024 Waterschap Limburg
1 Inleiding
Voor u ligt de Kaderbrief Plus 2024. Het is gebruikelijk om vóór het zomerreces in een kadernota de
uitgangspunten en richting voor de komende begroting te bepalen. Vanwege de verkiezingen en
daaropvolgende coalitieonderhandelingen, hebben wij er in dit jaar voor gekozen geen kadernota op
te stellen maar het Bestuursprogramma 2023-2027 ‘Balanceren met lef’ te vertalen in een
kaderbrief. Op 28 juni jl. bent u door ons geïnformeerd over deze werkwijze en over de eerste
uitwerking van de kaderbrief.
Deze brief informeert u over de ontwikkelingen die ten grondslag liggen aan de gemaakte
doorrekeningen en daaruit resulterende financiële kaders in meerjarig perspectief. In de kaderbrief
zijn ook de extra maatregelen bij WBL meegenomen die in de 1e begrotingswijziging MJR 2024-2033
en Begroting 2024 op 6 september jl. door het AB WBL zijn vastgesteld. Hierin zijn ook enkele
ontwikkelingen met financiële impact toegevoegd die op 28 juni jl. nog niet bekend waren. De
doorrekening voor 2024 vormt het kader voor het verder uitwerken van de begroting 2024. De
inhoudelijke discussie over de door ons voorgestelde keuzes voeren wij samen tijdens de
begrotingsbehandeling in de commissies op 25 oktober en in het AB van 29 november as.
Deze kaderbrief is hiermee de opmaat voor de Begroting 2024. Gezien de opzet en opgenomen
inhoudelijke toelichting op de voorgestelde maatregelen wordt de kaderbrief verder aangeduid als
“Kaderbrief Plus 2024”.
Lopende deze bestuursperiode werken we aan het samengaan van WBL en WL. Met de uitwerking
van de organisatie van het nieuwe WL in de komende maanden ontstaat ook een beeld over welke
synergievoordelen met de samenvoeging in de toekomst te behalen zijn. Die verwerken we in de
eerste gezamenlijke begroting 2025.
6/27
Zaaknr. 2023-Z2339 / Doc.nr. WLDOC-220622665-25979
Kaderbrief Plus 2024 Waterschap Limburg
2 Uitgangspunten en kaders
Op 7 juni 2023 hebben de vier coalitiepartijen hun handtekening gezet onder het
Bestuursprogramma 2023-2027 ‘Balanceren met lef’. In dat programma zijn het
Waterbeheerprogramma 2022-2027 en het Provinciaal Waterprogramma 2022-2027 als leidend
benoemd, met daarnaast als fundament een waterschap waarvan de basis op orde is. De Kaderbrief
Plus 2024 is opgesteld in lijn met dit nieuwe bestuursprogramma; wettelijke taken en basis op orde
zijn leidend geweest bij het prioriteren van verbetermaatregelen in de voorliggende kaderbrief.
Daarmee wordt in de kaderbrief invulling gegeven aan het principe “haalbaar en betaalbaar” en de
nagestreefde balans tussen de waterschapslasten, de complexe en uitdagende maatschappelijke
opgaven en de organisatie.
Vertrekpunt voor de Kaderbrief Plus 2024 is de Begroting 2023-2028, die in november 2022 is
vastgesteld door het Algemeen Bestuur en die momenteel uitgevoerd wordt.
Deze meerjarenbegroting laat over de periode 2024-2028 voor de watersysteemtaak een netto
lastenontwikkeling zien van 7,4% in 2024 oplopende tot 21,1% in 2028. Voor de zuiveringstaak
bedraagt de netto lastenontwikkeling in dezelfde periode -1,9% (2024) oplopende tot 6,7% (2028).
Tabel 1: Ontwikkelingen watersysteemtaak en
waterzuiveringstaak in vastgestelde MJR 2023-2028 Δ t.o.v. belastingvolume basisjaar 2023 (%)
Omschrijving 2024 2025 2026 2027 2028
Ontwikkelingen watersysteemtaak
MJR 2024-2029 (struct incl. kwijtsch + oninbaar) AB 29.11.2022 7,4% 8,5% 11,8% 16,0% 21,1%
Ontwikkelingen zuiveringstaak*
MJR 2024-2029 (struct incl. kwijtsch + oninbaar) AB 29.11.2022 -1,9% -1,1% 0,0% 2,6% 6,7%
* In de bovenstaande tabel is de netto ontwikkeling van de zuiveringstaak opgenomen, zonder de dotatie aan bestemmingsreserves.
Hierdoor vertoont de reeks in de jaren 2024 en 2025 een afnemend verloop.
7/27
Zaaknr. 2023-Z2339 / Doc.nr. WLDOC-220622665-25979
Kaderbrief Plus 2024 Waterschap Limburg
3 Autonome ontwikkelingen
3.1 Algemeen
Tijdens de uitvoering van een vastgestelde meerjarenbegroting hebben we te maken met autonome
ontwikkelingen. Dit zijn ontwikkelingen die buiten de invloedssfeer liggen van het waterschap en die
soms van grote financiële impact zijn. Bijvoorbeeld loon- en prijsontwikkeling of nieuwe wetgeving
die we moeten uitvoeren. Deze ontwikkelingen moeten we vertalen in onze begroting.
In 2022 en de eerste helft van 2023 leidden Covid-19 en de naweeën daarvan, geopolitieke
omstandigheden, schaarste aan grondstoffen en krapte op de arbeidsmarkt tot macro-economische
ingrijpend gewijzigde omstandigheden. De daaruit volgende ongekende loon- en prijsinflatie zetten
de waterschapfinanciën zwaar onder druk, hetgeen ook in het bestuursprogramma is geduid.
Er is sprake van sterk oplopende prijsontwikkelingen en een zeer volatiele (energie-)markt. We zien
dat deze macro economische omstandigheden aanhouden. Dat brengt onzekerheden met zich mee
voor de toekomstige kostenontwikkeling, zeker gezien de omvangrijke (investerings-) opgaven die
voor ons liggen.
Tabel 2: Verloop autonome ontwikkelingen watersysteem- en
waterzuiveringstaak in de periode 2024-2028 Δ t.o.v. belastingvolume basisjaar 2023 (%)
Omschrijving 2024 2025 2026 2027 2028
Watersysteemtaak:
Autonome ontwikkelingen 3,1% 3,3% 3,2% 3,1% 3,2%
Zuiveringstaak:
Autonome ontwikkelingen (struct. incl. kwijtsch + oninbaar) 2,2% 2,5% 2,5% 2,5% 2,7%
MJR WBL 2024-2033 (AB-voorstel 2023, nr. 71 dd. 12 juli jl.) 16,0% 17,0% 17,3% 15,0% 13,8%
Totaal autonome ontwikkelingen 18,2% 19,5% 19,8% 17,5% 16,5%
In bijlage 1 zijn de ‘technische’ uitgangspunten opgenomen waarlangs de begroting 2024 verder
wordt uitgewerkt. Hierbij gaat het onder andere om de te hanteren percentages voor loon- en
prijscompensatie en de verwachte renteontwikkeling.
3.2 Autonome ontwikkelingen Watersysteemtaak
De belangrijkste autonome ontwikkelingen binnen de watersysteemtaak betreffen de
loonkostenontwikkeling, de structurele doorwerking van de effecten uit de voorjaarsrapportage 2023
en de herberekening van de kosten voor kwijtschelding en oninbaarheid. Naast de bovengenoemde
posten zijn diverse andere ontwikkelingen verwerkt. Het gaat dan onder andere om de bijdrage aan
BsGW en de kosten van de Generieke Digitale Infrastructuur (GDI). Per saldo leidt dit tot een groei
van het belastingvolume van 3,1% in 2024 en de jaren daarna.
3.3 Autonome ontwikkelingen Zuiveringstaak
Ook binnen de zuiveringstaak spelen loonkostenontwikkeling, de bijdrage aan de BsGW en de
herberekening van de kosten voor kwijtschelding en oninbaarheid een belangrijke rol, naast
nadrukkelijk ook de kosten van energie en chemicaliën en financieringskosten. Per saldo leiden deze
tot een groei van het belastingvolume van 2,2% in 2024, groeiend naar 2,7% in 2028.
8/27
Zaaknr. 2023-Z2339 / Doc.nr. WLDOC-220622665-25979
Kaderbrief Plus 2024 Waterschap Limburg
Binnen de zuiveringstaak wordt het belastingvolume in hoge mate bepaald door de kosten van
autonome ontwikkelingen als opgenomen in de ontwerp Meerjarenraming WBL voor de periode
2024-2033 en de ontwerp Begroting 2024, zoals besproken op 10 mei 2023 in het AB van WBL.
In de ontwerp Begroting 2024 van WBL dalen de kapitaallasten uit rente- en afschrijving, met name
door lager geraamde afschrijvingskosten als gevolg van het sluiten van de slibdroger. De
personeelslasten stijgen door de cao-afspraken, de geraamde loonontwikkeling en een beperkte
groei van de formatie met 4 fte. Daarnaast stijgen de kosten van goederen en diensten door hogere
kosten van energie, chemicaliën en de slibverwerking. Daarnaast is een eenmalige stijging van het
investeringsniveau voor 2024 met € 12 mln. opgenomen. Daarbij is aangegeven dat het onderliggend
investeringskader 2024-2033 onvoldoende ruimte biedt om noodzakelijke investeringen (assetbase
op orde, systeemsprong Hoensbroek, redeneerlijn afnameafspraken) te kunnen realiseren; dit
investeringskader zal daarom worden herzien.
De effecten van het herziene investeringskader zijn, samen met enkele andere nieuwe
ontwikkelingen, verwerkt in een 1e begrotingswijziging 2024. Deze worden in paragraaf 4.4 nader
geduid.
9/27
Zaaknr. 2023-Z2339 / Doc.nr. WLDOC-220622665-25979
Kaderbrief Plus 2024 Waterschap Limburg
4 Basis op orde/urgente verbetermaatregelen
4.1 Algemeen
Basis op orde is als brede opgave gericht op de interne organisatie. Het is een noodzakelijke
randvoorwaarde voor het realiseren van onze ambities en cruciaal voor de overige brede opgaven.
Basis op orde betekent dat we als waterschap ‘in control’ zijn, zeggenschap kunnen uitoefenen en
regie kunnen voeren op de ontwikkelingen die op ons afkomen.
De basis op orde is het vertrekpunt voor een bestuursperiode waarin we de focus leggen op onze
kerntaken. Factoren die bijdrage aan een kwalitatief sterk en betrouwbaar waterschap zijn onder
andere een solide assetmanagement, een functiegericht onderhoud en beheer van ons areaal op
ecologische wijze en een efficiënte en effectieve bedrijfsvoering.
Dit speelt zowel binnen de watersysteemtaak als binnen de zuiveringstaak. Er zijn daarnaast
ingrijpende maatregelen noodzakelijk om onze wettelijke taken op een maatschappelijk
verantwoorde wijze uit te kunnen (blijven) voeren of om op nieuwe ontwikkelingen te anticiperen.
Tabel 3: Verloop basis op orde en urgente verbetermaatregelen
watersysteem- en waterzuiveringstaak in de periode 2024-2028 Δ t.o.v. belastingvolume basisjaar 2023 (%)
Omschrijving 2024 2025 2026 2027 2028
Watersysteemtaak:
Basis op orde / urgente verbetermaatregelen 8,5% 10,9% 10,1% 9,8% 9,4%
Waterzuiveringstaak:
Tekort eg.res. Zuiveringsheffing naar "0" 2,8% 2,8% 2,8% 2,8% 0,0%
Weerstandsvermogen aanvullen 1,1% 1,1% 1,1% 1,1% 0,0%
1 ͤ Begrotingswijziging meerjarenbegroting WBL 2024-2033 6,2% 12,3% 19,4% 22,4% 26,5%
Basis op orde / urgente verbetermaatregelen 10,0% 16,1% 23,3% 26,3% 26,5%
De urgente verbetermaatregelen en de maatregelen waarmee de basis verder op orde gebracht
zullen worden, worden hieronder toegelicht naar de in de Begroting gehanteerde programma-
indeling. In paragraaf 4.5.2 wordt de 1e begrotingswijziging 2024 WBL en het herstelplan financiële
positie zuivering nader toegelicht.
4.2 Hoogwaterbescherming Maasvallei
Het beschermen van inwoners en bedrijven in de Maasvallei tegen overstromingen vraagt om de
aanleg en versterking van waterkeringen langs de Maas, naast de zorgplicht voor bestaande
keringen. Tot die zorgplicht behoort het beoordelen van de veiligheid en het reguliere onderhoud en
beheer ervan.
De aanleg- en versterkingsopgave is aanzienlijk en ondergebracht in het HWBP. Het HWBP gaat ‘full
speed’ door en onze lijnorganisatie (Areaalbeheer en Kaders&Ontwikkeling) moet nog intensiever
aanhaken voor het borgen van de binnen HWBP toe te passen kaders en richtlijnen. Om hieraan te
kunnen voldoen, brengen wij de beschikbare capaciteit op het niveau dat nodig is om de benodigde
input aan HWBP tijdig te kunnen leveren.
Vanuit de (wettelijke) zorgplicht is het noodzakelijk om de aantoonbaarheid en navolgbaarheid van
onze inspectie- en onderhoudsmaatregelen vast te leggen. Hiertoe gaan wij ons beheersysteem
INFOR versneld inrichten, vullen en up-to-date houden. De output levert tevens sturings-informatie
voor het management en ons assetmanagement. Waterveiligheidsdata worden verder op orde
10/27
Zaaknr. 2023-Z2339 / Doc.nr. WLDOC-220622665-25979
Kaderbrief Plus 2024 Waterschap Limburg
gebracht, om de beoordeling van het areaal op de bestaande normen te faciliteren en de opgave bij
projecten nader te concretiseren.
Ten behoeve van het HWBP verbeteren we de bestaande eisenset (Klant-eisen specificatie (KES)
Waterkeringen), terwijl er tegelijkertijd wordt aangesloten bij de landelijke ontwikkeling rond het
versterken en uniformeren van de System-Engineerings- werkwijze. De KES is een document dat de
klantvraag geordend weergeeft in vorm van klantwensen of -eisen, gekoppeld aan de
projectdoelstellingen. Daarvoor versterken we ons beheercluster (Areaalbeheer) voor het opstellen
en onderhouden van assetmanagement- en instandhoudingsplannen, monitoringsplannen van
projecten en het proces van Opleveren en Overdragen.
De sterk groeiende projectenportefeuille vraagt daarnaast om een professionaliseringsslag in de
informatiesystemen waarmee de projectbeheersing wordt ondersteund, natuurlijk in samenspraak
met de andere projecten en met WBL en rekening houdend met andere aanverwante applicaties,
zoals de keuze voor het toekomstig financieel informatiesysteem.
In vervolg op het in 2020 vastgestelde Transitieplan HWBP is het project Maas2050 uitgevoerd, met
als doel het opstellen van een programmeringsstrategie en een adaptieve programmering voor de
aanpak van dijkprojecten: een robuust en maakbaar programma, waarbij in samenspraak met de
omgeving gezorgd wordt voor hoogwaterbescherming. Op 28 september 2022 heeft u als Algemeen
Bestuur de programmastrategie en het richtinggevende scenario ‘veiligheid met en voor de
omgeving’ vastgesteld. Het voorkeursscenario werken we uit in een adaptieve programmering die
onderdeel gaat uitmaken van de begrotingscyclus. Door de recente scope-uitbreidingen en de
overgang naar meer arbeidsintensieve projectfasen ontstaat er een grotere capaciteitsbehoefte
binnen het HWBP. Conform de in het Transitieplan met het landelijk HWBP gemaakte afspraken zal
een deel van de (bestaande en extra) capaciteit ingevuld moeten worden met medewerkers in vaste
dienst; deze medewerkers gaan we werven. Zie ook paragraaf 5.
In het bestuursakkoord is gesproken over voorfinanciering ten behoeve van het HWBP-programma.
De nadere invulling van de voorfinanciering hangt samen met de landelijke programmering. Deze
landelijke programmering wordt in het najaar vastgesteld. Een concrete uitwerking van de
voorfinanciering zal op een later moment met u worden besproken.
4.3 Klimaatadaptatie
We werken samen met partners aan het op orde houden en herstellen van de waterkringloop. Het
watersysteem vraagt om continue aanpassingen om de effecten van klimaatverandering op te
vangen. Deze klimaatadaptatie voeren we gebiedsgericht uit en we zoeken de samenwerking op. Om
te weten wat de opgave is toetsen we het watersysteem aan de normen en vertalen we de uitkomst
in projecten om de wateroverlast vanuit het systeem te beperken. Om te zorgen voor voldoende
water vergroten we de waterbeschikbaarheid door beekdalen in te richten als klimaatbuffer.
Daarnaast adviseren we over waterneutraal plannen en bouwen, stimuleren we het afkoppelen van
regenwater en informeren we onze inwoners over de risico’s van wateroverlast. Ook passen we ons
onderhoud en peilbeheer aan door water in watergangen zo veel mogelijk vast te houden, water aan
te voeren via kanalen, de waterverdeling te optimaliseren en te adviseren over efficiënt
watergebruik.
Aan de basis hiervan staan onze hydrologische modellen. Onze Centrale Regiekamer (CRK) en de
programma’s Water in Balans en het programma Waterveiligheid en Ruimte Limburg (WRL) vragen
om meer en versnelde modelontwikkeling en toepassing ervan in ons dagelijks werk. De toegenomen
11/27
Zaaknr. 2023-Z2339 / Doc.nr. WLDOC-220622665-25979
Kaderbrief Plus 2024 Waterschap Limburg
behoefte aan een tactisch gestuurd peilbeheer en de doorontwikkeling van het CRK vraagt om meer
specifieke kennis en kunde op het gebied van peilbeheer. Om invulling te kunnen geven aan de
maatschappelijke behoefte om zo nauwkeurig en snel mogelijk gewaarschuwd te worden bij
mogelijke wateroverlast, brengen we in de beeksystemen extra meetsystemen aan.
In de landelijke kamerbrief ‘Water en Bodem sturend’ wordt een dekkende registratie van alle
(grond-)wateronttrekkingen als randvoorwaarde gesteld voor toekomstig strategisch waterbeheer.
Om daar invulling aan te geven, stellen we een monitoringsbeleidsplan op en breiden we ons
monitoringsmeetnet uit.
Ook binnen Water in Balans speelt de scheve en ongezonde mix van vaste en ingehuurde capaciteit,
terwijl de vraag naar deze capaciteit voor lange tijd geborgd is. Om binnen het waterschap opgedane
kennis en kunde langjarig te borgen en om kosten te besparen wordt vanuit Water in Balans
gestreefd naar een grotere bezetting met medewerkers in vaste dienst. Die medewerkers gaan we
werven. Zie ook paragraaf 5.
Klimaatadaptatie vraagt nadrukkelijk om samenwerking. Een voorbeeld hiervan is de Gebiedsgerichte
aanpak Vitale Peel, waarin overheden, inwoners en ondernemers samen leren en werken aan een
toekomstbestendige en vitale Peel. Op basis van de getekende samenwerkingsovereenkomst draagt
het waterschap hier financieel aan bij.
Als waterschap werken we aan beekherstel en zijn tal van projecten in de meerjarenbegroting
geprogrammeerd. Binnen de afspraken rond cofinanciering voor het GLB (het Europees
gemeenschappelijk landbouwbeleid) kan een beroep gedaan worden op de POP-subsidieregeling;
ook deze cofinanciering nemen we mee in de Kaderbrief Plus 2024.
Wateroverlast langs de beken en kleine rivieren verwordt steeds meer tot waterveiligheid; er is
daardoor versterkt behoefte aan advies vanuit areaalbeheer op het gebied van waterveiligheid bij
projecten en de relatie met het borgen van het toekomstige beheer conform kaders en richtlijnen.
Ook vragen waterconservering en het vergroten van de waterbeschikbaarheid om extra maatregelen
in ons watersysteem en op gebiedsniveau. De afgelopen droge en hete zomers hebben de urgentie
om nu maatregelen te nemen alleen maar vergroot; door de impact die dit heeft op natuur,
landbouw en omgeving komen er veel vragen op het waterschap af, die vragen om beleid, uitvoering,
evaluatie en bijsturing van onze inzet rond (grond)waterbeschikbaarheid, onttrekkingen etc. We
versterken de organisatie daarom met extra capaciteit voor kleinschalige droogtemaatregelen en
voor het opstellen van kaders en advies rond waterbeschikbaarheid en de inbreng in de
gebiedsgerichte aanpak, het waterconvenant en grondwater.
We zetten stappen in een beter beheer van ons grondwater door data (vergunningen,
onttrekkingshoeveelheden, toepassing onttrokken water, enz.) te valideren en in het veld deze data
te checken met de werkelijke situatie. Daarnaast bouwen we een nieuw registratiesysteem voor
onttrekkingen uit oppervlakte- en grondwater.
Daarnaast wordt ook binnen het programma Waterveiligheid en Ruimte Limburg (WRL) gewerkt aan
waterveiligheid en klimaatadaptatie en wordt een nadrukkelijk beroep gedaan om de kennis en
kunde van het waterschap. Deze vraag is nadrukkelijk niet meegenomen in de Kaderbrief Plus 2024.
Uitgangspunt is dat gevraagde inzet gefinancierd wordt uit het WRL-fonds. Pas nadat hierover
afspraken zijn gemaakt en vastgelegd wordt de bijbehorende formatie opengesteld. Daarmee wordt
het risico vermeden dat gemaakte kosten voor capaciteit mogelijk niet gefinancierd worden. De
verdere uitwerking hiervan zal via een apart besluit aan u worden voorgelegd. Zie ook paragraaf 6.
12/27
Zaaknr. 2023-Z2339 / Doc.nr. WLDOC-220622665-25979
Kaderbrief Plus 2024 Waterschap Limburg
4.4 Waterkwaliteit en ecologie
We pakken waterkwaliteit integraal en gebiedsgericht aan en onderzoeken de aanpak van
‘opkomende stoffen’ en de regulering van directe lozingen van ongezuiverd water op watergangen.
Met onze rwzi’s dragen we rechtstreeks bij aan de KRW-doelen, maar door enerzijds gemeenten te
adviseren over indirecte lozingen en riooloverstorten en anderzijds een gedragsverandering bij
burgers en bedrijven te stimuleren trachten we ook de kwaliteit van het influent te verbeteren.
We herstellen de natuurvriendelijke inrichting van beken daar waar mogelijk volgens een integrale
beekdalontwikkeling, voeren het 100.000-bomenplan uit en passen principes toe van Bouwen met
Natuur.
We dragen bij aan de ontwikkeling van Natura2000 en natte natuurparels, benutten kansen in onze
projecten en maken beschermingsplannen voor soorten. We stellen werkwijzen op voor specifieke
soorten in beekdalen, beschermen bronnen en bronbeken, maken stuwen en watermolens
vispasseerbaar. Daarnaast meten we de zwemwaterkwaliteit en nemen maatregelen als deze niet
voldoet. Ook adviseren we beheerders van zwemlocaties.
We breiden het areaal met ecologisch onderhoud uit en beperken de gevolgen van droogte en hitte
voor het watersysteem. Hiertoe is een meerjarig onderhoudscontract ‘Maaien en Groen’ in 2020
aanbesteed, waarin we intensief samenwerken binnen een partnerschap met de beide aannemers.
Daarbij doen wij veel kennis op over ecologisch (maai)beheer. Omdat deze vorm van samenwerken
ook in de toekomst belangrijk zal blijven en om de opgedane kennis ook duurzaam te borgen is in de
Kaderbrief Plus 2024 voorzien dat de twee leidende rollen in de aansturing van het contract en de
afstemming met de omgeving met eigen medewerkers worden ingevuld.
Daarnaast besteden we aandacht aan het verder ontwikkelen van data-gestuurd maai- en
peilbeheer; daarbij staat het functioneren van het systeem voorop en nemen we de ecologische
doelen in acht.
Om de waterkwaliteitsopgave in grensoverschrijdende wateren te realiseren stemmen we metingen
met buurlanden onderling af. We maken aan de hand van beschikbare data inzichtelijk welke
kwaliteitsparameters door het buitenland beïnvloed worden. Om het gesprek met buurlanden over
de waterkwaliteit in onze grensoverschrijdende wateren op basis van feiten aan te kunnen gaan,
breiden we het huidige meetpakket uit met meer locaties en meer stoffen waarop gemeten wordt.
U heeft als AB op 25 januari 2023 gekozen om opvolging te geven aan de aanbevelingen uit een
extern onderzoek naar beekherstel. Door het ecologisch en hydrologisch monitoren op
systeemniveau (uitwerking in monitoringsbeleidsplan) wordt met de SESA-doorrekening het
doelbereik op de langere termijn vastgesteld en kan waar nodig de aanpak/ de ontwikkeling
bijgestuurd worden.
Daarnaast wordt, om achteruitgang in het realiseren van KRW-doelstellingen ten aanzien van
vismigratie te voorkomen, onderzoek gestart naar de (onderhouds)toestand en effectiviteit van de
vismigratievoorzieningen. Op basis hiervan kan het structurele onderhoud worden vastgelegd en
geborgd.
Om conform de afspraken uit de nieuwe landelijke vangststrategie ons aandeel in de muskus- en
beverratbestrijding te realiseren wordt tijdelijk extra capaciteit geworven, die bij een dalende
populatie geleidelijk (tot 2029) afgeschaald zal worden door medewerkers die met pensioen gaan
niet te vervangen.
13/27
Zaaknr. 2023-Z2339 / Doc.nr. WLDOC-220622665-25979
Kaderbrief Plus 2024 Waterschap Limburg
Tot slot investeren we in de uitvoering van maatregelen uit de soortbeschermingsplannen Beekprik,
Gewone Bronlibel en het nog op te stellen plan voor de Grote Modderkruiper. Hiermee voldoen wij
aan het vastgestelde AB beleid om een aantal soorten te beschermen, waarbij WL een rol en taak
heeft in beschermen en bevorderen van biodiversiteit, met name bij watergebonden soorten. We
kunnen snel inspelen op veranderende omstandigheden voor bedreigde soorten waar een
soortbeschermingsplan voor is opgesteld. Zo voorkomen we verdwijnen of uitsterven van cruciale
populaties/habitat op de korte termijn, zodat maatregelen voor de lange termijn uit de
soortbeschermingsplannen straks niet voor niets zijn.
Daarnaast wordt ook binnen het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) gewerkt aan schoon
oppervlakte- en grondwater, de goede toestand van grondwaterlichamen en de goede
zoetwaterbeschikbaarheid en wordt een nadrukkelijk beroep gedaan om de kennis en kunde van het
waterschap. Deze inzet is niet meegenomen in de Kaderbrief Plus 2024. Zie ook paragraaf 6.
4.5 Zuiveren en waterketen
4.5.1 Algemeen
WBL voert in opdracht van WL de taken van het programma Zuiveren en waterketen uit op basis van
de in 2017 opgestelde ’Toekomstvisie waterzuiveren en waterketen 2030' en de in 2018 verzonden
opdrachtbrief ‘Opdrachtverlening WL aan WBL’. De Toekomstvisie omvat een pakket speerpunten
met onderliggende doelen, met prioriteit voor energieneutraliteit en grondstoffenhergebruik,
hergebruik van effluent ten behoeve van droogtebestrijding, klimaatneutraliteit en de verwijdering
van medicijnresten.
In de planperiode werken we samen aan de zuiveringstaak volgens drie strategische thema’s: schoon
en ecologisch gezond water, vergroten duurzaamheid en vergroten maatschappelijke waarde.
De mate van zuiveren bepalen we in een gebiedsgerichte aanpak. We onderzoeken de beste aanpak
van probleemstoffen. Voor medicijnresten zetten we zowel in op bronaanpak als op zuiveren.
De verplichtingen die volgen uit de nieuwe EU-richtlijn Stedelijk afvalwater dienen vertaald te
worden in verdergaande maatregelen en nieuwe samenwerkingsvormen en -strategieën met
betrekking tot het zuiveren van afvalwater. Hiervoor wordt in 2024 onderzoek verricht ten behoeve
van de strategiekeuze met betrekking tot zuiveren (en bronaanpak) van afvalwater.
We maken afnameafspraken met gemeenten, krijgen zicht op de herkomst en samenstelling van het
influent. We plaatsen in principe alleen nog modulaire zuiveringssystemen en bevorderen bewust
rioolgebruik.
We zuiveren energieneutraal en verminderen de uitstoot van broeikasgassen. We zijn volledig
circulair in 2050. We onderzoeken nuttige toepassingen voor gezuiverd water.
We voeren taken uit voor gemeenten en bedrijven, werken samen in plannen voor de waterketen en
onderzoeken samen nieuwe zuiveringsconcepten. We dragen bij aan het samenwerkingsverband
Schone Maaswaterketen, waarin we gezamenlijk met het Rijk, Rijkswaterstaat ZN,
drinkwaterbedrijven en waterschappen langs de Maas komen tot een bronaanpak en monitoring om
te werken aan het terugdringen van de vervuiling door opkomende stoffen en microplastics's. Dit
moet leiden tot schonere beken en een schonere Maas.
In 2023 heeft het waterschap een aandeel genomen in SNB, waarbij in totaal € 5,3 mln. aan goodwill
betaald is. Deze kosten worden afgeschreven over 10 jaar.
14/27
Zaaknr. 2023-Z2339 / Doc.nr. WLDOC-220622665-25979
Kaderbrief Plus 2024 Waterschap Limburg
4.5.2 1e Begrotingswijziging 2024 WBL en herzien investeringskader 2024-2033
Zoals in paragraaf 3.3. is toegelicht vormt de Begroting 2024 van WBL de belangrijkste input voor het
benodigd belastingvolume voor de zuiveringstaak. De MJR 2024-2033 en Begroting 2024, zoals
aangeboden aan het AB WBL op 27 maart 2023, is door het bestuur getypeerd als de basisbegroting
voor deze periode. Een aantal lopende en onderhanden trajecten zijn wel geduid, maar nog niet
(volledig) financieel gemaakt, of bestuurlijk aangehouden voor besluitvorming in verband met het
aantreden van het nieuwe bestuur.
In deze basisbegroting is vermeld dat WBL een grote opgave heeft qua investeringen en is
aangegeven dat het investeringskader voor de jaren 2024 en verder, welke in de vorige
meerjarenraming is vastgesteld op € 30 miljoen, onvoldoende ruimte biedt om de noodzakelijke
investeringen te kunnen realiseren. Op basis van een verdere inventarisatie en kwantificering om te
kunnen voldoen aan instandhouding/vervanging, wet- en regelgeving, Europese Richtlijn Stedelijk
Afvalwater en bestuurlijke opdrachten, is het langjarig investeringskader in kaart gebracht,
resulterend in een gemiddeld jaarlijks investeringskader van € 75 miljoen. Voor de instandhouding
van de infrastructuur en het realiseren van de strategische doelstellingen zijn 5 trajecten van belang:
1. Het structureel verhogen van het investeringskader;
2. Het verder professionaliseren en structureel borgen van assetmanagement in de organisatie;
3. Het behalen van duurzaamheidsdoelstellingen;
4. Het implementeren van een informatiebeleidsplan ten behoeve van de data gedreven
organisatie;
5. Het structureel vergroten van de benodigde personele capaciteit gerelateerd aan opgaven
vermeld onder de punten 1 tot en met 4.
Het AB van WBL heeft op 6 september, middels een 1e begrotingswijziging MJR 2024 - 2033, het
herziene investeringskader vastgesteld. Deze begrotingswijziging geeft inzicht in het benodigde
investeringsniveau en de vereiste personele capaciteit die de komende jaren noodzakelijk zijn voor
de bedrijfscontinuïteit en het realiseren van de strategische doelstellingen.
Er is gekozen voor een ‘Groei’ scenario. Dit scenario gaat uit van een gefaseerd groeiend
investeringskader van € 43,1 miljoen in 2024, € 60 miljoen in 2025, € 75 miljoen in 2026 en € 90
miljoen in 2027. Hieraan gekoppeld is een stapsgewijze toename in formatie van 40 Fte in 2024
(waarvan 15 Fte reeds in 2023 en vervolgens 25 Fte in 2024), 30 Fte in 2025 en 20 Fte in 2026. Het
scenario ‘Groei’ gaat uit van de externe omstandigheden zoals de overspannen arbeidsmarkt en
interne omstandigheden zoals vorming van het nieuwe Waterschap Limburg. Dit scenario biedt de
mogelijkheid om in 2025 in aanloop naar het nieuwe WL een ijkmoment te hebben waarin de
investeringsbegroting opnieuw kritisch en gedetailleerd wordt bekeken op basis van de feitelijke
informatie verkregen uit Asset Base op Orde.
15/27
Zaaknr. 2023-Z2339 / Doc.nr. WLDOC-220622665-25979
Kaderbrief Plus 2024 Waterschap Limburg
De financiële effecten van de herziening van het investeringskader zijn in de 1e Begrotingswijziging
2024 WBL verdisconteerd en worden meegenomen in de begroting 2024 van WL, evenals de
financiële effecten van onderstaande ontwikkelingen bij WBL:
• Een groei van het exploitatiebudget voor het Programma duurzaamheid;
• Een groei van het exploitatiebudget Informatiebeleidsplan, waarin o.a. vervat de
noodzakelijke investeringen in het ontwikkelen naar een data-gedreven organisatie;
• Een administratieve correctie op eerder begrote en gerealiseerde besparingen vanuit de
Operatie Waterkracht;
• Een correctie op het benodigde budget voor de sluiting van de TDH Venlo en voor
slibontwatering;
• Een correctie op de kosten voor Informatiebeveiliging en privacy;
• Extra kosten (zowel kapitaallasten als operationele kosten) als gevolg van het besluit van het
AB WBL over de Nereda Verdygo Package Plant.
Herstelplan financiële positie zuivering
Over de afgelopen jaren was er sprake van tekorten op de Winst- en Verliesrekening van de
zuiveringstaak. Voor het afdekken van het negatief rekeningsaldo 2022 op de zuiveringstaak is het
weerstandsvermogen aangesproken, maar resteerde een tekort op de egalisatiereserve
zuiveringsheffing van € 5,5 miljoen. Over 2023 wordt een tekort op de zuiveringstaak van € 9,2
miljoen verwacht.
Uit hoofde van het voeren van een verantwoord financieel beleid is het nodig om het
weerstandsvermogen weer op peil te brengen en het oplopend tekort in de egalisatiereserve
zuiveringsheffing aan te vullen door het belastingvolume zuiveringsheffing tijdelijk te verhogen. Voor
een nadere toelichting wordt verwezen naar paragraaf 7.
Synergie effecten nieuwe WL
Met de vorming van het nieuwe WL brengen we in beeld welke synergievoordelen met de
samenvoeging te behalen zijn. Die verwerken we in de eerste gezamenlijke begroting 2025.
4.6 Crisisbeheersing
We maken onze crisisorganisatie toekomstbestendig door doorlopend te werken aan de verbetering
van de crisisorganisatie, zoals vastgelegd in onze crisisbestrijdingsplannen. Daarbij oefenen wij
planmatig onze eigen inzet, soms in combinatie met partners. De crisisbeheersing tijdens de ramp
van juli 2021 is grondig geëvalueerd en heeft geleid tot inzichten in o.a. het centraliseren van
informatiestromen via netcentrisch werken en het gebruik van onze Centrale Regiekamer (CRK) om
continu alle relevante informatie beschikbaar te hebben.
De evaluatie heeft ook het belang van zelf- en samenredzaamheid onderschreven; het is belangrijk
dat inwoners en bedrijven in overstroombare gebieden weten wat de gevolgen van een
overstroming kunnen zijn en hoever de overheid kan gaan in de bescherming voor, tijdens en na een
hoogwater. Daarmee kunnen inwoners en bedrijven bepalen wanneer zij zelf in actie moeten komen.
Dit geldt ook voor de beheersing van crises rond droogte. Ook daar is informatie over de actuele en
verwachte situatie belangrijk om watergebruikers handelingsperspectief te geven.
Voor dit alles ontwikkelen en verbeteren wij diverse modellen (waaronder de in 4.4 genoemde
voorspelmodellen) die o.a. overstromingen en dijkdoorbraken, grondwaterstromen en de
verspreiding van vervuiling kunnen simuleren.
16/27
Zaaknr. 2023-Z2339 / Doc.nr. WLDOC-220622665-25979
Kaderbrief Plus 2024 Waterschap Limburg
Ook ontwikkelen we voor enkele beekdalen met partners een waarschuwingssysteem, waarbij we
bewoners van laaggelegen woningen in beekdalen via de campagne ‘Wacht niet op Water’ adviseren
over hoe ze hun woning kunnen beschermen. Via de campagne ‘Waterklaar’ informeren we
bewoners en bedrijven over onze maatregelen en wat men zelf kan doen voor klimaatadaptatie
(droogte). Denk aan tuinen vergroenen, regenwater afkoppelen en waterberging combineren met
groen.
We ontwikkelen de CRK in de komende jaren verder door tot een centraal punt van waaruit het
totale watersysteem van WL gemonitord en bewaakt wordt en relevante informatie beschikbaar
gesteld wordt aan onze eigen medewerkers, onze partners en bewoners en bedrijven. Daartoe (en
ook t.b.v. de ontwikkelingen als geschetst in 4.3) breiden we de bezetting verder uit om de
doelmatigheid en continuïteit van de bezetting 24/7 te borgen.
Daarnaast investeren we extra in opleidingen en trainingen van crisisfunctionarissen en crisisteams
en in het ontwikkelen van hoogwaterscenario’s voor de Kerngroep Hoogwater Limburg.
4.7 Bestuur en organisatie
We werken steeds duurzamer door in al ons handelen rekening te houden met people (sociale
effecten), planet (klimaat, natuur, milieu) en prosperity (waarde). We vernieuwen bestuurlijk en zijn
proactief en betrouwbaar. We innoveren om vanuit vernieuwing en verbetering bij te dragen aan
een optimaal, integraal, effectief en veilig waterbeheer. Met innovaties houden we onze
koploperpositie vast in samenwerking met bedrijven, agrariërs, overheden en kennisinstellingen. We
zijn ingericht conform de eisen gesteld door de Omgevingswet. We zijn zichtbaar en bekend in onze
omgeving, passend bij onze positionering. We willen eén van de beste werkgevers van Nederland zijn
en samenwerking met het onderwijs draagt bij aan onze behoefte aan slagkracht en innovatie. Ook
een goed werkende, up-to-date en veilige ICT-omgeving maakt dat we voorbereid zijn op de
ontwikkelingen die de digitale toekomst van een modern waterschap vraagt.
Per 1 januari 2024 gaat de Omgevingswet in: een ‘systeemsprong’ van enkelvoudige casussen naar
een samenhangende (gebieds)benadering met collega-overheden, bijvoorbeeld door participatie in
omgevings-tafels. Dat vraagt om een beheerorganisatie die daarvoor geëquipeerd is tegen zo laag
mogelijke administratieve lasten bij onze bedrijven en burgers. Tevens neemt de vraag naar
transparantie toe waarvoor kwalitatief hoogwaardige informatie (legger, verordeningen en
vergunningen eigen dienst) en besluitvorming nodig is. We versterken daarom de beheerorganisatie
om de regelgeving waarvoor WL verantwoordelijk is up-to-date te houden en af te stemmen op de
regelgeving van collega-overheden.
De ontwikkeling naar een data-gedreven organisatie vraagt een beter databeheer in onze
organisatie; met de inrichting en het beheer van het Informatieknooppunt (IKP) ontsluiten we en
verbinden we onze dataverzamelingen om daaruit de noodzakelijke informatie voor onze processen
te genereren.
Door de in omvang groeiende projecten bij WL moet er de komende jaren veel meer data
ingewonnen en verwerkt worden om de kernregistratie op orde te houden. We lopen anders het
risico dat we onjuiste keuzes maken op basis van oude data. Daartoe versterken we onze
‘gegevensfabriek’.
Om onze digitale informatiesystemen te beschermen tegen onder andere dreiging van
cyberincidenten participeren we met andere waterschappen in de bouw van een gezamenlijk
Security Operation Center voor de bewaking van onze infrastructuur.
17/27
Zaaknr. 2023-Z2339 / Doc.nr. WLDOC-220622665-25979
Kaderbrief Plus 2024 Waterschap Limburg
De AVG vraagt om een afdoende bescherming van al onze privacy-gevoelige gegevens; om het risico
op sancties en vertraging in projecten te voorkomen investeren we in het toezicht op de AVG.
Ook investeren we als modern en verantwoordelijk werkgever in het oplossen van de, in 2023 in de
RI&E, geconstateerde arbeidsrisico's. Om de werkdruk onder de medewerkers bij uitval door
langdurig zieken te beheersen verhogen we het budget voor langdurig-zieken om hun
werkzaamheden te kunnen continueren zonder collega’s extra te belasten.
De arbeidsmarkt staat onder druk en WL en WBL staan voor een grote wervingsopgave in 2024.
Tevens worden we de komende jaren geconfronteerd met een hoge uitstroom als gevolg van
vergrijzing. Deze krappe arbeidsmarkt vraagt een andere benadering. De markt is kandidaat
gedreven en niet langer vacature gedreven; hierdoor lukt het ons niet meer vacatures te vervullen
door louter het plaatsen van advertenties.
Daarom investeren we samen met WBL in een gezamenlijke arbeidsmarktbenadering om talent te
vinden, nu en in de toekomst.
Ook investeren we met drie senior adviseurs (waarvan 1 tijdelijk) in de versterking van werving en
selectie en HR-ondersteuning om versneld van de kant te komen, focusseren op Strategisch
Personeelsmanagement en de integratie tussen WL en WBL samen vorm te geven.
In het bestuursprogramma 2023-2027 wordt ingezet op verdere versterking van de relatie tussen
bestuur en organisatie. De bestuursondersteuning voor DB en AB wordt gesplitst en het DB gaat met
het AB in gesprek over de invulling van de ondersteuning aan het AB en de fracties.
De vraag naar communicatie is de afgelopen jaren fors gegroeid, zowel in de grote programma’s als
HWBP en Water in Balans, als in de corporate communicatie rond bestuurlijke events, crises en
interne aangelegenheden. De doorontwikkeling van de website, social media en intranet vraagt een
grote inspanning, omdat steeds meer communicatie zich naar online verplaatst. Ook de
communicatie over de meer dan 100 projecten die tot de basisactiviteiten van WL behoren en de
pers- en omgevingsvragen groeien. We investeren daarom in de versterking van de vaste formatie
van onze communicatieorganisatie, ook om onze afhankelijkheid van ingehuurde adviseurs te
beperken en zo commitment en continuïteit beter te borgen.
Ook investeren we in de ondersteuning van activiteiten rond educatie en events, waarmee we onze
werkzaamheden uitdragen in onze omgeving.
Daarnaast sluiten we een monitoringsabonnement af met een gerenommeerd PA-bureau in Den
Haag om goede analyses te maken van de laatste politieke ontwikkelingen in de EU, Den Haag én
Maastricht en deze goed te kunnen volgen.
We versterken onze inkooporganisatie om de bestaande raamovereenkomsten te managen en om
nieuwe overeenkomsten verantwoord in de markt te zetten. Ook de financiële administratie wordt,
in afstemming met WBL en in afwachting van de integratie, tijdelijk versterkt. Daarnaast richten we
onze processen rond subsidies toekomstbestendig in, zowel met betrekking tot het afgeven van
subsidiebeschikkingen als tot het in beeld brengen van subsidiekansen en het ondersteunen van
projectleiders bij het aanvragen van subsidies (bijv. Interreg en pop-subsidies).
In 2023 zijn vergunningverleners en toezichthouders van ABH naar VTH overgegaan; gezien de
gewenste span of control, nodig voor een adequate aansturing en coördinatie op de werkzaamheden
van deze functionarissen wordt een teamleider geworven. Deze uitbreiding past in de in 2023
ingezette wijziging van de sturings-principes naar aanleiding van de zorg die o.a. door de OR is geuit
over de werkdruk en de aandacht voor de medewerker vanuit de leidinggevende.
18/27
Zaaknr. 2023-Z2339 / Doc.nr. WLDOC-220622665-25979
Kaderbrief Plus 2024 Waterschap Limburg
We werken sinds 2019 toe naar een professioneel assetmanagement en zetten daarin in 2024 en
daarna verdere stappen, o.a. door de uitvoering Strategisch Assetmanagementplan 2.0. Het gaat
daarbij om te komen tot een functionele eisenbibliotheek (zodat voor al onze projecten dezelfde
eisen gelden), de actualisatie van het onderhoudsprogramma waterkeringen, het opstellen van een
onderhoudsprogramma watersysteem, het opstellen van onderhoudsplannen voor kritische assets,
het opstellen van een plan van aanpak voor NEN-inspecties (ter bepaling bouwkundige staat van
onze assets) en het uitvoeren van een audit/GAP-analyse assetmanagement. Voor de periodieke
onderhoudsinspecties die voortkomen uit de assetmanagementplannen, maar ook voor de
toenemende vraag vanuit programma's en projecten om inbreng gebiedskennis, de groeiende inzet
op de beverproblematiek en op meer complexe omgevingsmeldingen breiden we het team
inspecteren stapsgewijs uit.
Om het duurzaamheidsbeleid verder te versterken, stellen we een programmamanager aan die de
verantwoordelijkheid draagt voor de uitrol van het beleid binnen de clusters en programma's en in
samenwerking met externe kennisinstellingen en andere overheden. Daarnaast gaat deze
programmamanager aan de slag met de ontwikkeling van het gezamenlijk duurzaamheidsbeleid voor
WL en WBL
19/27
Zaaknr. 2023-Z2339 / Doc.nr. WLDOC-220622665-25979
Kaderbrief Plus 2024 Waterschap Limburg
5 Vast voor inhuur
Het waterschap kent langjarig een omvangrijk takenpakket gericht op de realisatie van
infrastructurele werken waarmee de doelen rond waterveiligheid en klimaatadaptatie worden
gerealiseerd. Hier betreft het met name het HoogwaterBeschermingsProgramma (HWBP) en het
programma Water in Balans (WiB), waarvoor in de meerjarenprogrammering een groeiend
projectvolume daarmee samenhangende groei in personele capaciteit wordt voorzien.
Vanuit de behoefte naar flexibiliteit (de mate waarin de organisatie kan groeien en krimpen) en
wendbaarheid (snel reageren op nieuwe vragen) wordt daarbij gewerkt vanuit een vaste organisatie
(met eigen medewerkers) met daaromheen een flexibele schil, bemenst vanuit de markt middels
inhuurconstructies. Ook in het regulier beheer en onderhoud is in het verleden bij het langjarig
onderhoudscontract gekozen voor het inhuren van expertise bij de totstandkoming en aansturing
van het contract, omdat het waterschap hiermee nog maar weinig kennis had opgebouwd.
Naast flexibiliteit en wendbaarheid zijn echter ook het lerend vermogen en kostendoelmatigheid
belangrijke aspecten bij de keuze voor het inrichten van een organisatie. Het lerend vermogen
betreft de mate waarin personen en teams ervaring opdoen ten behoeve van het efficiënter werken
in volgende fases/projecten, terwijl kostendoelmatigheid is gericht op het beperken van de
belastingdruk van onze ingelanden. Daarnaast wil het waterschap een aantrekkelijk werkgever zijn en
kwalitatief goede professionals duurzaam aan zich binden door voldoende uitdaging, diepgang en
diversiteit in hun werk te bieden. Ook is het voor het waterschap belangrijk om een goed
opdrachtgever te zijn naar de markt, hetgeen vereist dat er binnen de organisatie kennis en kunde
wordt geborgd door ook zelf ervaring op te doen met de uitvoering van werkzaamheden die
uitbesteed worden.
Vanuit bovenstaande overwegingen is het voor het waterschap belangrijk balans te brengen tussen
de verhouding vaste medewerkers en inhuur. Daarnaast zijn er met name met de landelijke HWBP-
organisatie bindende afspraken gemaakt over een gewenste verhouding vast/inhuur bij de bezetting
van de IPM-rollen binnen het programma (concreet een verhouding van 50% in functies rond de IPM-
rollen en een verhouding van 40%in alle overige functies binnen de programmaorganisatie).
De beoogde balans is op dit moment binnen HWBP en WiB nog niet bereikt, en ook in de aansturing
van het onderhoudscontract is deze balans verstoord. Daarom kiezen we ervoor om een deel van de
inhuur te vervangen door medewerkers in vaste dienst, om zo de kennis en kunde binnen onze
organisatie ook langjarig te borgen.
20/27
Zaaknr. 2023-Z2339 / Doc.nr. WLDOC-220622665-25979
Kaderbrief Plus 2024 Waterschap Limburg
6 WRL en NPLG
In de kaderbrief zijn de maatregelen die nodig zijn om de basis op orde te krijgen en waarvan uitstel
onverantwoord is, opgenomen. Er zijn echter tal van ontwikkelingen gesignaleerd met betrekking tot
bestuurlijke afspraken en ambities die niet in de begroting worden meegenomen maar waarover
separaat, aan de hand van goed onderbouwde DB- of AB-voorstellen, een besluit moet worden
genomen. Dit betreft onder andere:
Nationaal programma landelijk gebied
Het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) is een beleidsprogramma waarin het Rijk de
gebiedsgerichte opgaven en maatregelen voor natuur, stikstof, landbouw, bodem, water en klimaat
beschrijft met als doel om het landelijk gebied toekomstbestendig te ontwikkelen. Naast reeds
beschikbare budgetten komt er een transitiefonds landelijk gebied en natuur met daarin 24,3 miljard
euro om tot en met 2035 bij te dragen om invulling te geven aan de verplichte doelstellingen op het
gebied van stikstof, klimaat en water. De provincies zijn door het rijk gevraagd een
gebiedsprogramma op te stellen voor het landelijk gebied en reeds in 2024 met een aantal
koploperprojecten aan de slag te gaan. Vanuit het waterschap wordt er in het kader van het NPLG
met de provincie gesproken over toekomstige uitdagingen en dilemma’s als waterbeschikbaarheid,
biodiversiteit en waterkwaliteit.
Waterveiligheid en Ruimte Limburg
In juli 2022 is het programma Waterveiligheid en Ruimte Limburg (WRL) opgericht. Hierin werken alle
Limburgse gemeenten, Waterschap Limburg, Provincie Limburg en het Rijk samen. Het programma
kijkt met een brede blik naar oplossingen om Limburg beter te beschermen tegen extreme
wateroverlast. WRL richt zich op het nemen van maatregelen tegen wateroverlast, zoals het
vergroten van de afvoercapaciteit van beken en zijrivieren, een ruimtelijke ordening die meer
rekening houdt met de waterhuishouding en het versterken van het klimaatbewustzijn van inwoners.
De precieze invulling moet de komende maanden duidelijk worden.
Uitgangspunt voor zowel NPLG als WRL is dat de gevraagde inzet gefinancierd wordt uit de nationale
beschikbaar gestelde middelen. Pas nadat hierover afspraken zijn gemaakt en vastgelegd wordt de
benodigde inzet geworven. Daarmee wordt het risico vermeden dat gemaakte kosten voor capaciteit
mogelijk niet gefinancierd worden.
21/27
Zaaknr. 2023-Z2339 / Doc.nr. WLDOC-220622665-25979
Kaderbrief Plus 2024 Waterschap Limburg
7 Financiële opgave in meerjarig perspectief
In deze kaderbrief zijn diverse ontwikkelingen onderscheiden met elk een eigen consequentie voor
de (geactualiseerde) belastingvolumes van de watersysteem- en waterzuiveringstaak.
De ontwikkeling van de watersysteemtaak en de waterzuiveringstaak in de periode 2024 – 2028 is
hierdoor als volgt:
Tabel 4: Ontwikkeling van de watersysteemtaak en de waterzuiveringstaak in de periode 2024 – 2028
Omschrijving 2024 2025 2026 2027 2028
Ontwikkelingen watersysteemtaak
MJR 2024-2029 (struct incl. kwijtsch + oninbaar) AB 29.11.2022 7,4% 8,5% 11,8% 16,0% 21,1%
Autonome ontwikkelingen 3,1% 3,3% 3,2% 3,1% 3,2%
Basis op orde / urgente verbetermaatregelen 8,5% 10,9% 10,1% 9,8% 9,4%
Mutatie ten opzichte vorige mjr.begroting 2023 ¹ 19,0% 22,6% 25,1% 28,9% 33,7%
Mutatie ten opzichte van voorgaand jaar ² 19,0% 3,0% 2,0% 3,1% 3,7%
Prognose thema AB dd 28 juni jl. 20,6%
Δ Kaderbrief plus -1,6%
Ontwikkelingen zuiveringstaak
MJR 2024-2029 (struct incl. kwijtsch + oninbaar) AB 29.11.2022 -1,9% -1,1% 0,0% 2,6% 6,7%
Autonome ontwikkelingen
Autonome ontwikkelingen (struct incl. kwijtsch + oninbaar) 2,2% 2,5% 2,5% 2,5% 2,7%
MJR WBL 2024-2033 (AB-voorstel 2023, nr. 71 dd. 12 juli jl.) 16,0% 17,0% 17,3% 15,0% 13,8%
Basis op orde / urgente verbetermaatregelen
Tekort eg.res. Zuiveringsheffing naar "0" 2,8% 2,8% 2,8% 2,8% 0,0%
Weerstandsvermogen aanvullen 1,1% 1,1% 1,1% 1,1% 0,0%
1ͤ Begrotingswijziging meerjarenbegroting WBL 2024-2033 6,2% 12,3% 19,4% 22,4% 26,5%
Mutatie ten opzichte vorige mjr.begroting 2023 ¹ 26,4% 34,5% 43,1% 46,4% 49,7%
Mutatie ten opzichte van voorgaand jaar ² 26,4% 6,4% 6,4% 2,3% 2,3%
prognose thema AB dd 28 juni jl. 27,2%
Δ Kaderbrief plus - 0,8%
¹ In bovenstaande tabel is de (procentuele) ontwikkeling van het belastingvolume 2024 afgezet tegen het belastingvolume 2023 als basis.
² Daarnaast wordt het procentuele verloop van de belastingvolume ontwikkeling in de jaren daarna weergegeven waarbij telkens het
voorgaande begrotingsjaar als basis is genomen.
De netto lasten ontwikkeling van de watersysteemtaak bedraagt in 2024 19%. Ten opzichte van de
eerder met u gedeelde prognose (thema AB dd. 28 juni jl.) valt deze daarmee iets lager uit. In de
periode daarna (2025 – 2028) bedraagt de gemiddelde lastenontwikkeling circa 3% per jaar.
Bij de waterzuiveringstaak werd aanvankelijk uitgegaan van een netto lasten ontwikkeling van 27,2%
stijging in 2024 t.o.v. 2023. Op basis van de in voorliggende kaderbrief-plus geschetste
ontwikkelingen en de door ons voorgestelde keuzes komt de stijging uiteindelijk uit op 26,4%. In de
jaren daarna ontwikkelt de waterzuiveringstaak ten opzichte van het voorgaande jaar van 6,4% in
2025 tot 2,3% in 2028.
Om een gelijkmatige tariefontwikkeling te bereiken is in bovenstaand staatje rekening gehouden met
een scenario waarbij de opbouw van de egalisatiereserve waterzuivering en het
22/27
Zaaknr. 2023-Z2339 / Doc.nr. WLDOC-220622665-25979
Kaderbrief Plus 2024 Waterschap Limburg
weerstandsvermogen waterzuivering en watersysteem in een periode van 4 jaar op het gewenste
niveau worden gebracht.
Er zijn echter meerdere scenario’s mogelijk ten aanzien van de periode en het ritme waarin de
egalisatiereserve en weerstandsvermogen op peil worden gebracht.
De verschillende scenario’s, met elk hun voor- en nadelen, worden op 27 september a.s. met de
commissie Begroting en Verantwoording besproken, waarna de commissie u als AB kan adviseren
over het voorkeursscenario.
8 Risico’s en kanttekeningen
In 2023 en 2024 wordt het samengaan van het waterschapsbedrijf en het waterschap voorbereid,
waarmee er sprake is van een transitieperiode. Deze zal naar verwachting invloed hebben op de
continuïteit en de productiecapaciteit in beide organisaties; de invloed daarvan op de productie is
moeilijk in te schatten en daarom ook niet in deze kaderbrief meegenomen.
In de begroting 2024 werken we de in deze kaderbrief genoemde kaders en uitgangspunten verder
uit. Omdat de tijd waarin we leven onzeker is en kostenontwikkelingen moeilijk te voorspellen zijn,
houden we samen met u een vinger aan de pols. Mocht de noodzaak zich voordoen om voorgestelde
maatregelen te temporiseren of aan te passen, dan zullen wij u hier tijdig bij betrekken.
9 Doorkijk vervolgproces
De vervolgplanning van het verdere begrotingsproces ziet er als volgt uit:
Kaderbrief Plus
De kaderbrief Plus wordt op 6 september ter informatie aan u als AB verzonden. De mogelijkheid
bestaat om eventuele opmerkingen tot en met vrijdag 15 september kenbaar te maken. De
gemaakte opmerkingen worden meegenomen in de verdere behandeling van de begroting.
Mochten de gemaakte opmerkingen aanleiding geven om u nog nader te informeren, dan doen wij
dat schriftelijk dan wel in een apart te beleggen bijeenkomst.
• Verzending Kaderbrief Plus ter informatie aan algemeen bestuur wo 6 sept.
• Mogelijkheid tot schriftelijk aanleveren eventuele opmerkingen do 7 sept. – vrij 15 sept.
Begroting 2024
• Verzending begroting aan het algemeen bestuur wo 4 okt.
• Mogelijkheid tot stellen schriftelijke (technische) vragen wo 4 okt. – wo 11 okt. (12 uur)
• Verzending beantwoording technische vragen aan AB en commissieleden wo 18 okt.
• Behandeling begroting in commissies WZW en WBO wo 25 okt.
• Behandeling begroting door algemeen bestuur wo 29 nov.
23/27
Zaaknr. 2023-Z2339 / Doc.nr. WLDOC-220622665-25979
Kaderbrief Plus 2024 Waterschap Limburg
10 Resumerend
Het waterschap staat voor grote opgaven met betrekking tot klimaatadaptatie, duurzaamheid en
veiligheid. Wij zijn op weg naar een toekomst waarin de opgaven in het waterbeheer groter en
complexer worden, betaalbaar moeten blijven en waarin waterexpertise aan belang toeneemt. Dit
alles leidt ertoe dat we in staat moeten zijn en blijven om flexibel om te gaan met veranderingen als
deze zich aandienen. Dit vergt een goed samenspel tussen bestuur en organisatie waarbij flexibiliteit
en wendbaarheid de basis vormen.
Externe factoren, waaronder de toenemende inflatie, de stijgende cao-lonen en de energiekosten,
maken dat we – met name in de uitvoering van onze kernopgaven en om de basis op orde te houden
– geconfronteerd worden met een forse kostenstijging en meer dan voorheen rekening moeten
houden met onzekerheden en tegenvallende omstandigheden. Met de nu voorliggende kaderbrief
werken we aan een waterschap met de blik op de toekomst.
24/27
Zaaknr. 2023-Z2339 / Doc.nr. WLDOC-220622665-25979
Kaderbrief Plus 2024 Waterschap Limburg
Bijlage 1: Technische uitgangspunten begroting
2024 - 2029
Onderstaand zijn de algemene ontwikkelingen en de uitgangspunten voor de meerjarenraming 2024-
2029 weergegeven. Gesplitst in ‘interne’ en ‘externe’ factoren zijn dit:
Interne factoren
Algemeen
Basis voor de begroting 2024-2029 zijn:
• de jaarrekening 2022 van Waterschap Limburg (WL);
• de vastgestelde begroting 2023 en 2024 van WL, inclusief de wijzigingen van de vergadering van
het algemeen bestuur tot en met 12 juli 2023;
• het bestuursprogramma 2023-2027;
• het Waterbeheerprogramma 2022-2027;
• de besluitvorming en richtinggevende uitspraken n.a.v. de Kaderbrief Plus 2024;
• overige relevante strategische documenten en/of besluitvorming.
Berekening van de liquiditeitspositie
Het uitgangspunt is dat de aanslag in 2024 evenals voorgaande jaren gespreid wordt opgelegd door
middel van vier grote kohieren. Voor de berekening van de liquiditeitspositie wordt uitgegaan van
aanslagoplegging per:
• 31 januari 2024 (95%) zuiveringsheffing bedrijven;
• 28 februari 2024 (95%) watersysteemheffing van de gemeenten die deelnemer zijn in de BsGW;
• 31 maart 2024 (95%) overige aanslagen;
• 30 november 2024 worden de overige 5% opgelegd.
WBL en BsGW
De bedrijfsmatige activiteiten van de taak zuiveringsbeheer en de heffing en invordering van de
waterschapslasten zijn opgedragen aan het WBL en de BsGW. De door het waterschap hiervoor te
betalen bijdrage wordt afhankelijk gesteld van de jaarlijkse begroting van het WBL en de BsGW en is
daarmee een verplichte uitgave.
Afschrijvingsmethodiek
Voor nieuwe investeringen wordt het beleid gevolgd zoals opgenomen in de nota ‘activabeleid 2018
Waterschap Limburg’ die op 28 november 2018 door het Algemeen Bestuur is vastgesteld.
Doorberekening
De kosten worden volgens de landelijke BBP-verrekeningssystematiek doorberekend naar de
waterschapstaken watersysteembeheer en zuiveringsbeheer. De kosten van het Waterschapsbedrijf
Limburg worden 100% toegerekend aan het zuiveringsbeheer. De kosten van de BsGW worden
volgens de aangegeven verdeling, toegerekend naar zowel het watersysteembeheer als het
zuiveringsbeheer. Voor wat betreft de WL eigen kosten worden de kosten van het beheerproduct
‘samenwerking in de afvalwaterketen’ 100% toegerekend aan het zuiveringsbeheer.
25/27
Zaaknr. 2023-Z2339 / Doc.nr. WLDOC-220622665-25979
Kaderbrief Plus 2024 Waterschap Limburg
Van een aantal beleids- en beheerproducten worden de kosten aan beide taken toegerekend op
basis van een procentuele verdeling. De basis hiervoor vormt de Waterschapswet art 122 lid d
(Memorie van toelichting). Het betreft de producten regulering lozingen (subsidies) vergunningen en
meldingen, adviezen vergunningen, toezicht, handhaving, bestuur en externe communicatie.
Evenals voorgaande jaren hanteren we de volgende procentuele verdeling naar taak.
BBP product Watersysteembeheer Zuiveringsbeheer
Regulering lozingen/subsidies 50% 50%
Vergunningen en meldingen 50% 50%
Adviezen vergunningen 50% 50%
Toezicht 50% 50%
Handhaving 50% 50%
Bestuur 55% 45%
Externe communicatie 55% 45%
Kwijtschelding/oninbaar
Ten aanzien van kwijtschelding wordt de bestaande beleidslijn gevolgd. Voor de oninbaarheid van
belastingdebiteuren wordt het oninbaarheidspercentage van 0,5% vooralsnog gehandhaafd voor
2024 en volgende jaren.
Onvoorzien
Het bestaande beleid wordt gecontinueerd. Het budget voor onvoorziene uitgaven bedraagt circa
0,4% van het begrotingstotaal.
Reserves en voorzieningen
Uitgangspunt vormen de geldende wettelijke voorschriften en de nota ‘reserves en voorzieningen
2017 Waterschap Limburg’ die door het Algemeen Bestuur op 13 september 2017 is vastgesteld.
Investeringsniveau Waterschap Limburg
In het Waterbeheerplan 2022-2027 is rekening gehouden met de inspanningsverplichtingen zoals
opgenomen in de Vierde Nota Waterhuishouding (NW4), het Provinciaal Omgevingsplan Limburg
POL), Waterbeleid 21e eeuw (WB21), het Nationaal Bestuursprogramma Water (NBW) en de
Europese Kaderrichtlijn Water. In de huidige meerjarenraming 2023-2029 is rekening gehouden met
een investeringsprogrammering van € 1,05 miljard (€ 370 miljoen netto d.w.z. na aftrek bijdragen
van derden). Voor de goede orde; het doen van investeringen is onlosmakelijk verbonden met het
hebben van een financieringsbehoefte waarmee de ontwikkeling van de schuld en de schuldquote bij
overig gelijkblijvende omstandigheden, wordt beïnvloed.
26/27
Zaaknr. 2023-Z2339 / Doc.nr. WLDOC-220622665-25979
Kaderbrief Plus 2024 Waterschap Limburg
Externe factoren
De externe factoren zijn waar mogelijk gebaseerd op de ramingen van het Centraal Planbureau
(CPB). Het betreft het inflatiepercentage, de salariskosten en de rekenrente.
Inflatiepercentage
De inflatie in Nederland is voor heel 2022 uitgekomen op 11,6% (hicp). De Nederlandse inflatie is in
vergelijking met andere Europese landen hoger uitgevallen. De gemiddelde inflatie in de eurozone
bedroeg in 2022 namelijk 8,4%. 1
Het feitelijk inflatiecijfer waarmee wij als waterschap te maken hebben is in praktijk anders. Dit komt
omdat de samenstelling van de onderliggende inkoop van goederen en diensten anders is dan de
samenstelling van het wegingsmandje bij de totstandkoming van het inflatiecijfer voor consumenten.
We noemen het inflatiecijfer voor het ´Intermediair verbruik overheid’ (exploitatie) en die voor de
Grond-, weg- en waterbouw (projecten). De prijsstijgingen 2022 bedroegen respectievelijk 5,1% en
9,6% en de verwachting voor 2023 is 5,9%.
Gelet op de consistentie in de meerjarenraming was voor 2023 vooralsnog uitgegaan van een
meerjarig gemiddeld inflatiepercentage van 2%. Dat is gegeven de huidige ontwikkelingen voor 2024
en 2025 niet meer houdbaar. We stellen daarom voor om voor 2024 uit te gaan van 4% en 2025 3%.
Vanaf 2026 verwachte we dat de inflatie weer op het oude stabiele niveau van 2% terugkeert.
Loonkostenontwikkeling
In december 2022 is tussen werkgevers en vakbonden een principe-akkoord bereikt over de nieuwe
cao Werken voor Waterschappen 2023. De nieuwe cao heeft een looptijd van één jaar. Dat houdt in
dat de salarissen per 1 januari 2023 zijn verhoogd met € 125 (naar rato de omvang van het
dienstverband). Direct na deze verhoging zijn de salarisbedragen verhoogd met 2,5%. Per 1 juli 2023
zijn/worden de salarissen nogmaals verhoogd met 2,5%. Gelet op de verwachte inflatie en de
verwachting compensatie daarvan in de cao, is het reëel om naast de reguliere periodieke
verhogingen, voor 2024 uit te gaan van een indexering van 4%.
Deze indexering is niet alleen bedoeld ontwikkeling in de primaire arbeidsvoorwaarden zoals
brutoloon, maar ook voor extra kosten van secundaire arbeidsvoorwaarden die uit de CAO
voortvloeien (persoonlijke ontwikkeling, omscholing, onkosten- en vergoedingsregelingen etc.). Voor
de jaren 2025-2029 wordt naast de reguliere verhogingen, rekening gehouden met een jaarlijkse
indexering van 3% waarmee we terugkeren op het oude indexeringsniveau.
Rekenrente
Rente langlopende leningen
Als gevolg van de hoge inflatiecijfers hebben centrale banken in een hoog tempo het monetaire
beleid aangepast. Rentemaatregelen (lees verhogingen) zijn volgens hen nodig om de inflatie terug te
brengen naar de doelstelling van 2,0%. De Europese Centrale Bank (ECB) heeft de beleidsrente het
afgelopen jaar al aanzienlijk verhoogd, waaronder een historische grote rentestap van 75
basispunten in september 2021.
1 CPB publicatie CEP 2023 dd 9 maart 2023
27/27
Zaaknr. 2023-Z2339 / Doc.nr. WLDOC-220622665-25979
Kaderbrief Plus 2024 Waterschap Limburg
Het actuele rentepercentage voor een 20-jarige lening (lineair) bedraagt op dit moment 3,18%.
Op basis van deze verwachting en om het renterisico te minimaliseren in de meerjarenraming, is het
reëel om vanaf 2024 een percentage van 4,0 te hanteren voor de lange rente. Het meerjarig
ontwikkelingspatroon van de rente is hiermee hoger dan de renteontwikkeling zoals gehanteerd in
de meerjarenraming 2023-2028 hetgeen tot hogere financieringskosten zal gaan leiden in onze
meerjarenraming afhankelijk van onze financieringsbehoefte vanwege te plegen investeringen. Het
effect zal mogelijk beperkt zijn doordat we in 2019 een strategisch financieringsbesluit hebben
genomen om meerjarige financieringsafspraken te maken met de Waterschapsbank. Dit om ook naar
de toekomst maximaal te profiteren van de lage rente op dat moment. Het gaat hierbij om
financieringsafspraken met een totale waarde van € 180 miljoen t/m 2025
15 februari 2024 | 632.01 KB | Hoort bij dossier Begroting en rapportages 2024